‘Welnu, de meesten zijn het over de naam wel zo ongeveer eens: zowel de massa als de mensen met cultuur noemen het geluk en stellen goed-leven en het goed-maken gelijk aan gelukkig-zijn.’(1)
Als ik denk aan ‘het goede leven’ dan denk ik aan de geur van vers gemaaid gras, de ondergaande zon, met sneeuw bestoven bergen, lange wandelingen over het strand, en aan Texel, aan koeien in de wei, picknicken op een berg, roomsoesjes, naar de kapper gaan, de herfst, lekker eten, en aan verse haring, nieuwe kleren, aan lezen, lezen en lezen, en Italiaanse ijsjes eten, aan zwemmen in de zee, lummelen in de tuin, uren tafelen met goede vrienden, filosoferen over het leven en aan Amsterdam.
Allemaal dingen die te maken hebben met de geneugten van het leven, of de kwaliteit van leven zo u wilt. En die er voor zorgen dat ik mij, in ieder geval op dat moment, gelukkig voel. Voor mij heeft het goede leven inderdaad met gelukkig zijn te maken zoals Aristoteles in het bovenstaande citaat beweerd.
Maar om echt goed te leven is er volgens mij meer nodig dan content zijn, dan gelukkig zijn.
Als ik denk aan ‘goed leven’ komen er heel andere gedachten boven. Dan denk ik eerder aan anderen met respect behandelen, in hun waarde laten en geen kwaad doen, de wetten die in Nederland van kracht zijn respecteren, datgene doen wat ik leuk vind, anderen niet tot last zijn, gezond leven en aan rechtvaardigheid. Dat zijn heel andere dingen. Meer formeel of zo. Ik denk dat bij ‘goed leven’, goed voor jezelf zorgen hoort en daar horen dus ook de dingen bij die ik bij ‘het goede leven’ heb opgeschreven. Maar ook een waardevol lid zijn van de samenleving vind ik daarbij horen. Een zinvolle bijdrage leveren aan de samenleving. En dat kan op verschillende manieren. Door te werken, vrijwilligerswerk te doen en te stemmen om zo maar een paar dingen te noemen. Echt goed leven betekent wat mij betreft dus zowel ‘het goede leven’ als ook ‘goed leven’.
Voor Seneca, een stoicijnse filosoof die leefde van 4 v.Chr. tot 65 n.Chr., komt er ook nog iets anders bij goed leven kijken. In brief 4 aan Lucillius (2) schrijft hij over doodsangst. Goed leven betekent volgens hem ook niet bang zijn voor de dood. Niemand heeft volgens hem een ‘rustig leven als hij te veel nadenkt hoe hij het kan verlengen, als hij een hoge leeftijd rekent onder het beste wat een mens kan overkomen.’ (3) Je moet je niet aan het leven vastklampen, dat leven eindigt toch wel op een dag, dat is onvermijdelijk, ‘maak het leven dus prettig door alle zorgen erover aan de kant te zetten. Bezit van iets goeds baat alleen wie ook het verlies ervan kan accepteren.’(4) Dat vind ik een mooie gedachte.’ Leef in het nu’, is volgens mij zijn boodschap in deze brief. Je kunt je wel zorgen gaan maken over ouder worden en dood gaan, maar dan vergeet je nu te leven. En als je vergeet te leven, dan leef je niet goed en ben je niet gelukkig. Toch vind ik het best moeilijk om in het nu te leven. Niet dat ik de hele dag bezig ben met ouder worden en doodgaan, maar ik voel wel een bepaalde druk om de dingen goed aan te pakken. Om gezond te leven en om een goede of zinvolle bijdrage aan onze samenleving te leveren. Die druk wordt niet door anderen aan mij opgelegd, maar leg ik mezelf op. Het voelt toch alsof je beperkt de tijd hebt om goed te leven. En zo leef ik dus niet in het nu! Lastig.
En hoe is dat voor jou? Wat is goed leven volgens jou? Ik ben benieuwd!
(1)Aristoteles, Ethica Nicomachea, Amsterdam: Uitgeverij Kallias bv, 1997,I, 1095a13-b6
(2)Seneca, Leren sterven. Hoe kunnen we goed leven?, Amsterdam: Uitgeverij Maarten Muntinga bv, 2004, 11-14.
(3) Seneca, Leren sterven. Hoe kunnen we goed leven?, 12.
(4) Seneca, Leren sterven. Hoe kunnen we goed leven?, 12.